Cowboy-uitgevers

Door gastblogger Maria Genova

Tegenwoordig mag iedereen zich ‘uitgever’ noemen. Heel veel mensen zijn bezig met een boek en de uitgevers nemen hen werk uit handen. Klinkt aantrekkelijk tot je kijkt naar de ‘pakketten’ die ze aanbieden. Een kennis is er laatst ingetrapt en heeft al een contract getekend: voor 5 boeken betaalt ze 200 euro en van de verkochte boeken krijgt zij 20 procent. Als ze het zelf laat drukken is ze waarschijnlijk vijf euro per boek kwijt en dan hoeft ze ook niet 80 procent van de royalties af te staan.
Zijn er dan geen voordelen? Op zich raad ik beginnende schrijvers aan om naar een uitgever te stappen, vooral vanwege de betere distributie. Maar van de zogenaamde POD-uitgevers kun je niet verwachten dat ze de distributie van het boek goed regelen, aangezien ze totaal niet serieus genomen worden door de boekhandels. Dat komt omdat ze alles uitgeven, ongeacht hoe slecht, als je maar betaalt.
Je hoopt dat ze in elk geval een beetje hun best doen om het niveau van de aangeboden manuscripten op te krikken, maar zelfs dat blijkt te veel gevraagd. Voor die tweehonderd euro heb je ‘een standaard spellingscontrole van Word’. Zeker bedoeld voor degenen die niet weten dat Word standaard je spelling controleert zodra je dat aanvinkt en dat die spellingscontrole bovendien nogal te wensen overlaat?
Maar eerlijk is eerlijk: bij de meeste cowboy-uitgevers kun je ook een ‘toppakket’ kiezen, waarbij een redacteur ook grammatica en stijlfouten verbetert. Klinkt heel wat tot je het resultaat onder ogen ziet. Laatst kreeg ik een boek toegestuurd van iemand die het bij zo’n POD-uitgeverij had laten drukken. Een dun boekje vol fouten. Dat was dus inclusief redactie. Om een voorbeeld te noemen: ‘ik wordt’ met dt en dat verschillende keren in het boek. Ik denk dat die redacteur vergeten is om de spellingscontrole van Word aan te zetten. Of gold dat alleen voor het goedkopere pakket?

Maria Genova leest voor

Maria Genova schreef onder andere Duivelskind